Als ik dit schrijf schiet voorjaar 2013 al aardig op. De
IJsheiligen (11, 12, 13 en 14 mei) liggen al een paar weken achter ons, maar ik
heb het nog nooit zo koud gehad. Niet alleen de economie maar ook de natuur
lijdt aan een depressie. Gisteren tijdens een rondje poot-optillen kreeg ik
zelfs een hoos hagelstenen over me heen. Het moet toch niet gekker worden. Ik
liep samen met baasje op Ons Buiten en we zijn al rennend ons tuinhuis in
gevlucht.
Daar hebben we gewacht tot het weer wat opknapte. In de
tussentijd hebben we goed opgelet of we de koolmezen al heen en weer zagen
vliegen. Een beetje moeilijk misschien maar in het tuinkasje staat een vogel-nestkastje.
Baasje had het nog buiten aan het tuinhuis willen ophangen, maar toen ze het begin
april in haar handen nam om de constructie wat nauwkeuriger te bekijken, zag ze
dat er een kant-en-klaar bedje in lag. Een dikke laag groen mos met draadjes,
grasjes en veertjes er doorheen gewerkt. Echt heel kunstig gemaakt. Ze vroeg
aan mij of ik misschien wist of het een muizen- of vogelnest was, maar daar heb
ik ook geen kaas van gegeten. Dus besloot ze om het op zijn plek te laten
staan. Een paar weken later lagen er acht heel kleine eitjes in en weer een
week later zat er een grijze koolmees met zwart kopje op te broeden.
Het meesje schrok van baasje toen deze het dak optilde.
Daarna hebben we er niet meer ingekeken en zelfs de tuinkas vermeden. Ik mocht
ook niet meer blaffen. Baasje legde steeds haar vinger tegen haar mond: ‘SST
Jip, zachtjes anders schrikken de mezen en verlaten ze het nest.’
Eigenlijk helemaal niet zo erg dat het te koud en te nat was
om naar de tuin te gaan. Nu konden de mezen in alle rust hun kroost groot
brengen, dacht baasje en ja ik was het daar helemaal mee eens. Alleen het was
wel erg stil bij het nestkastje gisteren. Geen mees te zien met een wormpje of
vliegje. Baasje dacht dat ze misschien al uitgevlogen waren en vandaag wilde ze
dat dan wel eens zien: ‘Kom op Jip we gaan gewoon even in het nest kijken.’
Gewapend met het fototoestel zijn we op pad gegaan. Hebben heel voorzichtig de
deur van de tuinkas opengeschoven en het dak van het nestkastje opgetild. Het
was er zo stil, alleen een vlieg vloog brommend rond.
In het nest allemaal
dode vogeltjes. Dicht tegen elkaar. Bekjes gesloten en al pennetjes in de
vleugeltjes. Vleugeltjes waar nooit mee wordt gevlogen. Moet het voorjaar van
2013 nu zo eindigen? Vroegen baasje en ik ons af. En wat is er toch gebeurd: waarom
hebben vader en moeder Mees hun jongen niet meer verzorgd?
Is het misschien de schuld van die IJsheiligen met hun
koude? Waren er nog niet genoeg vliegjes om te voeren of zijn Pa en Ma Mees
zelf opgegeten door een kat? Of zitten ze misschien samen ergens in een boom te
schijtvechten omdat er eentje vreemd is gegaan? Zijn ze gewoon het allereerste
belang: de zorg voor hun kinderen vergeten?
Baasje weet het niet en ze voelt zich schuldig dat ze toch
af en toe niet even in het nest heeft gekeken. Ze de natuur op haar beloop
heeft laten gaan. En ik kan haar ook niet helpen. Kruip alleen dicht tegen haar
aan.
Woef! Jip
Wat een tragedie weer. Zou het gezin misschien bekend zijn geweest bij Jeugdzorg?
BeantwoordenVerwijderenDat moet bijna wel Adriaan. Hoorde trouwens dat erg veel mezen hun jongen in de steek laten dit voorjaar. Ze kunnen niet genoeg eten vinden. Erg hé en dat in een land vol overvloed. Had baasje nu maar wat mezenbollen opgehangen, maar ja die dacht dat je vogels alleen in de winter moet voeren. Sad!
BeantwoordenVerwijderen