vrijdag 28 september 2012

Woefna



Saarlooswolfshond

September is een heerlijke maand! Ik ben blij dat het weer zover is. In de maand september gebeurt er van alles en nog wat. Dit jaar zelfs heel veel. Het is niet alleen dat alle kinderen weer naar school gaan en dus van de straat af zijn. Deze maand mag iedereen ook weer eens naar de stembus. Nou geef ik niet zo veel om politiek, nee daar laat ik me liever niet mee in, maar ik vind het wel leuk om samen met baasje mee naar het stemlokaal te gaan. Kijken naar al die benen die onder een tafel vandaan steken en hoe baasje de rode stip zet – ja ik mag mee in het hokje – en later de brief door de gleuf van de bus duwt. 
Echter het allerfijnste van september vind ik, dat we hier in Utrecht het filmfestival hebben met in de hoofdrol de Nederlandse Film. Ik ben echt dol op films!

Nu heb ik het plan opgevat om zelf een te film maken, maar baasje vindt dat geen goed idee. Ze zegt dat ze het woord film niet meer kan horen. Ze denkt dat er niets meer te filmen is, dat mensen alles al gezien hebben. Toch blijf ik bij mijn standpunt. Ik woon in een land met vrije meningsuiting en een film opent ogen. Ik wil een film maken over al die buitenlandse honden, die hier bij mij in de wijk rondlopen. Iedere dag kom ik ze tegen: Duitse Doggen, Zwitserse Sennenhonden, Italiaanse Windhonden, Mechelse Herders, Ierse Teriërs, Siberische Husky’s, Franse Buldoggen, Schotse Collies en zo kan ik nog wel een poosje doorgaan. En denk nou maar niet dat ze goed geïntegreerd zijn. Nee hoor, ieder soort heeft zijn eigen specifieke kenmerken en een eigen aanpak nodig. Ik ga ook op het hondentoilet filmen. Zal jullie met mooie close ups al die flapdrollen laten zien, die ze achterlaten op de honden uitlaatplaats. Ik weet nog niet wanneer mijn film af zal zijn, maar ik heb al wel een titel: Woefna.

Ik wil met mijn film bereiken, dat baasjes nadenken voor dat ze een hond nemen. Wat moeten we hier met al die buitenlandse honden? Ze kunnen toch ook een hond van eigen bodem nemen. De enige Nederlandse hond die ik ken is Heli, een echte Hollandse herdershond. Ze heeft een prachtig donkere vacht, is speels en intelligent. En wat te denken van de Saarlooswolfshond, de Nederlandse Schapendoes, het Kooikerhondje, het Markiesje, de Drentse Patrijshond, de Hollandse Smous of Friese Stabij? Stuk voor stuk prachtige honden, die ik graag hier in de wijk wil tegenkomen. 

Friese Stabij

 
Helaas is baasje niet te vermurwen, ze vindt me een racist. Van de Friese Stabij, zegt ze, dat we die ook aan de Spaanse overheersing hebben overgehouden: ‘ Als je een beetje verder terugzoekt dan je neus lang is Jip,’ zegt ze,’ heeft iedereen buitenlands bloed en poepen moeten we allemaal.’ Ze wil niet dat ik mijn film publiekelijk vertoon, omdat ze bang is dat ze me straks niet meer uit kan laten. 



Hollandse Smous
                            
Baasje heeft me er ook nog eens aan herinnerd dat mijn Opa ‘Foxwarren Tommy’ uit Engeland komt en ik zelf over twee paspoorten beschik. ‘En als ik nog eens een keer een hond neem,’ zegt ze, ‘ga ik gewoon voor een vuilnisbakken ras, die honden zijn sterk, vrolijk, intelligent, hebben geen kapsones en dat is beter voor de wereldvrede.’

Misschien moet ik dat idee van die film toch maar laten zitten. Alleen weet ik dan niet wat ik met mijn recht op vrije meningsuiting moet doen?

Woef! Jip


VEC op www.columnx.nl in de maand september 2012.
Verscheen eerder in de VoordorpVooruit van april 2008

donderdag 27 september 2012

Over vriendschap en kwispelen

                         

Vanuit mijn Snuffelhoek wens ik iedereen heel veel vrienden toe! Vrienden geven je zo’n speciaal gevoel. Als ik met baasje langs ‘Ons Buiten’ loop, ontmoet ik vaak - rondgereden in hun buggy of spelend in de grote zandbak op de Brink - heel jonge kinderen. Als ze mij zien of een kind, verschijnt er plotseling een brede lach op hun gezicht. Alsof ze iets van zichzelf in mij of in dat andere kind herkennen. Ze lijken er zonder meer van uit te gaan dat ik, of het kind, van dezelfde dingen houd als zijzelf: in het zand kuilen graven bijvoorbeeld, of zorgeloos rondstampen in een regenplas.

Vriendschappen kunnen heel ver gaan. Soms zelfs overstijgen ze de dood, zoals bij Oscar (een jonge hond) en zijn vriend Arthur (een oude kat). Ze sliepen altijd samen in een mand totdat Arthur stierf. Oscar miste hem zo erg, die eerste nacht, dat hij door het kattenluik kroop en Arthur weer opgroef uit de tuin. Daarna sleepte hij hem mee naar zijn mand en likte hem helemaal schoon. Zo vond zijn baasje hem ’s morgens weer samen met Arthur in zijn mandje. In China werd de vriendschap tussen een hond en een poes beloond met een jong poesje, dat verdacht veel leek op een witte poedel.

Vriendschap is het delen van liefde voor dezelfde bezigheid. Het is de herkenning dat de ander iets leuk, lekker of prettig vindt, waar jezelf ook plezier aan beleeft. De ontdekking, dat je niet de enige gek bent die het prettig vindt om in een plas rond te stampen, een kuil in het zand te graven of achter een bal aan te rennen om die daarna weer ver weg te schoppen.

Niet iedereen houdt er van om in plassen rond te stampen, kuilen te graven, in de modder rond te rollen of om als hond, met een poes je mand te delen. Niet iedereen is dus altijd een vriend, maar hoe kom je er nu achter of iemand wel of geen vriend van je is? Kleine kinderen proberen het gewoon uit. Ze stampen rond in een plas en zien aan de twinkeling in de ogen van het andere kind, dat deze het een leuk spelletje vindt. Verschijnen er geen pretlichtjes dan wordt het kind in de categorie van stomme kinderen geplaatst, waarmee de plassenstamper verder niet mee wil spelen. Honden, zoals ik, springen op vier poten tegelijk naar voren, gaan laag op de grond liggen en kwispelen met onze staart naar links. Niet naar rechts, want wetenschappers hebben ontdekt dat, we alleen naar rechts kwispelen voor onze baasjes. Zonder woorden overbruggen wij een proces waar grote mensen lang over moeten praten.

                   
 


Grote mensen maken niet gemakkelijk vrienden. Ze moeten van zichzelf ‘de ander’ eerst beter leren kennen. Ze willen eerst nagaan of die ander wel bij hen past; of die van dezelfde muziek, eten, boeken, schrijvers, hobby’s etc. houdt. Ze willen erop kunnen vertrouwen dat, die ander hen niet zal aankijken met ogen waarin grote vraagtekens verschijnen als ze vertellen van welke spelletjes, muziek, schrijvers etc. ze houden. Ja, en dan wordt het moeilijk, want je neemt niet iedereen gelijk mee naar huis. Gelukkig heeft Voordorp, net als in ‘Coronation Street’ een gezellige kroeg, waar Jeroen je graag een biertje of wijntje inschenkt en waar je, in een veilige omgeving, lang kan praten met een ander. Misschien wel met een nieuwe vriend of vriendin?


Woef! Jip




Verscheen eerder in de VoordorpVooruit van februari 2008 

Jip wordt geshowed


                                                 
                                   

 Voorbij is ‘alweer’ die mooie zomer al wacht baasje nog steeds op een paar zomerse dagen. Ik ben blij als het oktober is, want dan mogen de trouwe viervoeters weer mee naar het strand en in die maand ben ik ook jarig. Dit jaar was oktober wel heel bijzonder: baasje heeft me geshowd op de clubmatch voor Jack Russells. Doodzenuwachtig waren we allebei. De avond ervoor moest ik in bad en baasje stond uren voor haar klerenkast, omdat ze niet wist wat ze aan moest trekken. Midden in de nacht zat ze nog haar nagels te lakken, omdat ze niet wilde dat ik om die reden een minpunt zou krijgen. Het werd een heel gezellige dag helemaal met de trein naar Zutphen. ’s Avonds, doodmoe liggend in mijn mand, zag ik wel tachtig witte hondjes met zwarte en bruine vlekken over mijn netvlies trippelen en enthousiast dat ze waren. En ja, de jury vindt mij een goed hondje met prachtige bruine ogen, pientere uitdrukking en prima temperament! Zo mag ik dat graag horen, want het is niet altijd gemakkelijk om een hond te zijn. Al doe ik nog zo mijn best er zijn altijd mensen die moeten zeuren.

Storm, regen, hagelstenen, maakt niet uit als hond ga je toch naar buiten op zoek naar het hondentoilet. Voordorpers hebben wat dat betreft niets over ons te klagen. Ik werd dan ook onlangs het gezeur van een Mevrouw zo zat over al die vermeende hondenpoep op de Parkstrook, dat ik haar gesommeerd heb om mij die hopen dan eens aan te wijzen. Ze heeft samen met mij wel een half uur lopen zoeken en vond er eindelijk een paar … ja zeker, op het hondentoilet. Typisch weer iemand die zelf geen hondje heeft en dus ook niet buiten wandelt om het uit te laten. Hoe zo iemand aan het idee van die poep komt is mij een raadsel, maar het kan zijn dat het gewoon in de ogen zit.

Het allerergste echter moet nog komen en dit gaat alle Voordorpers aan, die met het openbaarvervoer reizen, ’s avonds op het station de laatste bus naar Voordorp missen en toevallig bij hun bagage een klein hondje hebben zitten. Normaal zijn ‘huisdieren’ lid van het gezin, maar als we reizen zijn wij ineens ‘ bagage’ . Geeft niet hoor, ik houd van reizen in welke hoedanigheid dan ook en zowel buschauffeurs als treinconducteurs zeggen me altijd vriendelijk gedag tot vrijdagnacht 9 november. Zeker zes taxichauffeurs op rij weigerde baasje een rit naar Voordorp omdat ze mij bij haar bagage had zitten. Terwijl ze me nog wel een prachtige jas - vanwege de kou - had aangetrokken. Die chauffeurs willen op grond van religieuze opvattingen geen honden in hun taxi. Wij zijn ‘onrein’. Ik, zo’n mooi schoon wit hondje, waar menig mens zich aan kan spiegelen ben onrein!!! Baasje vindt het ronduit discriminerend en ik ben toch wel boos. In Nederland bestaat het recht op geloofsvrijheid, maar daar mag je een ander niet mee lastig vallen en zeker niet in openbare functies, die ten dienste staan van alle burgers ongeacht hun levensopvatting.

Woef! JIP.




Verscheen eerder in de VoordorpVooruit van november 2007