woensdag 14 juli 2010

Jip bezoekt een hondententoonstelling

Slechts éénmaal ben ik op een hondententoonstelling echt geshowd. Dat was op 21 oktober 2007. Ik was toen al vier jaar.



Voor baasje ben ik het allermooiste en allerliefste hondje dat op aarde rond loopt, maar die keurmeesters kijken met een heel ander oog. Ik kreeg de kwalificatie: Goed. Dus geen uitmuntend! Niet goed genoeg om voor mijn ras rond te mogen wippen. Tja dat vind ik natuurlijk wel jammer..., maar baasje zit daar helemaal niet mee. Die had toch geen zin in al die loopse teven over de vloer. Ze is tevreden met de opmerking dat ik prachtige ogen en een echte Jack Russell uitstraling heb.

Ten tijde dat ik mijn derde column schreef maakte ik voor het eerst kennis met een hondententoonstelling hier vlak bij in de beroemde Veemarkthallen. De plannen zijn er inmiddels door. De Veemarkt gaat ruimte maken voor 500 woningen.

Column 3 verscheen in de VoordorpVooruit van maart 2005.

Hebben jullie mij gezien 23 januari? Ik was ook op de Vrijmarkt voor Azië. Samen met baasje en Paul hebben we een heleboel geld uitgegeven voor de slachtoffers van de tsunami. En wij niet alleen: ongelooflijk zoveel geld als er binnen is gekomen. En weet je wat zo leuk was, net zoals bij de echte ontwikkelingshulp kregen we er een heleboel voor terug. Paul danste naar huis met een tas vol boeken over het toneel en ik schudde een prachtige knuffel heen en weer tussen mijn tanden.

Wel jammer dat de gemeente de Veemarkt op wil ruimen. Alleen woonhuizen in Voordorp vind ik erg saai. Oké de automarkt geeft misschien wat overlast, maar een mooie kerstshow, poppenbeurs of vlooienmarkt zijn toch gezellige activiteiten. Ik ben met baasje een keer naar een internationale hondententoonstelling wezen kijken. De hele hal was verdeeld in ringen. Wij gingen naar ring tien waar de jury Jack Russell terriërs keurde: mijn soortgenootjes. Baasje wilde weten of showen misschien ook wat voor mij was, maar het was geen succes. Ik plaste tegen de broekspijp van een dame die met een hooghartige reu aan een lijntje liep. De dame was zeer verbolgen en baasje excuseerde zich overmatig.


Nu wandelen we weer gewoon door de wijk. Baasje vindt me meer een werkhond en niet geschikt voor een showlijntje. Ik ben het helemaal met haar eens. Laat mij maar graven in een grote hoop sneeuw. Zo dat was leuk! Plotseling zaten we midden in de winter en de al ontloken lente was met een dik pak sneeuw bedekt. Ik heb van mijn leven nog niet zoveel sneeuw gezien. In de straat gooiden grote jongens en meisjes sneeuwballen naar elkaar en ik mocht meespelen. ‘Jip, hier! Jip, hier!’ klonk het van alle kanten. Ik rende van de een naar de ander met iedere keer een nieuwe sneeuwbal in mijn bek.

Als de gemeente nu niet weet wat ze met het terrein van de Veemarkt aanmoet, laat ze er dan een groot dorpshuis bouwen met daarin een mooie bioscoop. Dat is leuk voor al die aardige jongens en meisjes uit Voordorp en misschien mag ik dan ook wel mee naar de film van neefje Tim. ‘Zo’n snotaap,’ zegt baasje. ‘Zo ligt hij nog hier op de vloer lego te bouwen en zo staat hij handtekeningen uit te delen als regisseur van een gouden film.’ Hebben jullie ‘Vet Hard’ met Jack Wouterse al gezien? Nee? Kijken hoor! Ik ben ook dol op vette actie. Woef! JIP

donderdag 8 juli 2010

Micky


Voor ik mijn volgende column (uit de oude doos) haal wil ik eerst iets vertellen over Micky. Op de foto in mijn vorige blog loop ik nog achter haar aan op het strand. Micky was de hond van mijn peettante Petra. Ja was, want bijna één jaar geleden hebben ze haar in laten slapen. Zo zielig! Ze kon niet meer kijken. Niet meer horen. Liet haar urine lopen. Alleen het ruiken en eten ging nog goed. Ja, daar word je dan toch heel verdrietig van. Weet je Micky, was een beetje mijn moeder. Ze probeerde me altijd de regels uit het hondenwetboek bij te brengen, want daar ben ik niet zo goed in. Dan lag ze op de bank, trok haar lip op, zodat ik een paar van haar tanden kon zien en dan gromde ze, omdat ik als een dolle de kamer rond rende om iedereen gedag te zeggen.
Baasje vond het ook heel erg. Ze kende Micky vanaf het begin en heeft veel op haar gepast en voor haar gezorgd als Petra met Leo en de kinderen op vakantie in het buitenland waren.


Dus zeg ik nog één keer: Dag lieve Micky! Nu kan je nooit meer naar me grommen.